Jan Pietersz Snijder
Jan Pietersz Snijder,
184-3216A054; 03-11-1719.- Vader:
Pieter Gerritsz Snijder, zn. van Gerrit Hendricksz Snijder en Jannetien Jacobs Schouten,
geb. in 1665 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1712-21,
ged. te Blaricum; Koptienden Eerste: 1718-58,
Verponding 1674, 1679, 1683: 1 8 4 / 2 3 0 / 1 13 0,
ovl. op 09-03-1728 te Huijsen; DTB-20: MENNIST; Koptienden Laatste: 173,
begr. op 16-03-1728 te Huijsen; DTB-12-Begraven-Impost: f 3,-,
, -
PIETER / PETER GERRITSZ SNIJDER
Huizen Koptienden (1712-43 1730-38):
1712-43: v. Hendrick Ebben 6 cop 1/4
1716-38: v. Lambert Jansz Brasser 3 cop
- Situatie: 1 Spt 1 cop 1/4
1718-38: v. Harmen Jacobsz 7 cop
- Situatie: 2 Spt 0 cop 1/4
1720-38: op Lubbert Peetersz Snijder 6 cop
- Situatie: 1 Spt 2 cop 1/4
1730-38 op Dirk Tijmensz Cos 1 Spt 2 cop 2/4
-
PEETER GERRETS SNEIJDER
Blaricum Koptienden (1718-58 1720-58):
1718-58: v. Gerbert Cornelisz Reebel 4 cop 1/2
1719-58: v. Eijtiie Keesz 3 cop
- Situatie: 0 Spt 7 cop 1/2
1720-58: op Lubbert Peeterse Sneijder 7 cop 1/2
-
ONA-3711A033; 08-02-1686: Testament Gerrit Hendricksen Snijer (ziek) woonende binnen den dorpe huijsen benoemt tot erfgenamen van elk een 1/6 part aan Tijmen Gerritsen Verwer de Ouwe, Neeltien Gerrits weduwe van Evert Elbertsen Ruijn; Hendrick
Gerritsen, Jacob Gerritsen, Pieter Gerritsen, en Tijmen Gerritsen de Jonge alle kinderen van hem Testateur; zijn zoon Hendrick Gerritsen Snijder zal uijt krachte deses op zijn kinderen Jacob Hendricksen en Gerritien Hendricksen mitsgaders
soodanigh verdere kinderen als bij deselve Hendrick Gerritsen sijn Testateurs soon, souden mogen werden geprocreeert; getuigen Teunis Hendricksen ende Cristoffel van den Broeck
-
ORA-184-3175; 10-11-1702: Tot voogden over 't weeskind van Jacob Gerritsz Snijder wert gestelt Arent Zijbrantsz Man, Cornelis Willem Evertsz en Pieter Gerritsz Snijder
-
ORA-184-3196A157; 11-05-1703: Lijsbet Jacobs weduwe van wijlen Cornelis Jacobs Snijder, Abram Harmensz, Pieter Gerritsz Snijder, Neeltje Gerritsz, Tijmen Jansz (de Oude ?), Jacob Hendricksz Snijder, Wijgert Willemsz Plaisier, Claas Willemsz
Boer als voogden over de kinderen van Tijmen Gerritsz Jong, Adriaan Man, Cornelis Willem Evertsz als voogden over het weeskind van Jacob Gerritsz Snijder te samen erfgenamen van Tijmen Gerritsz Verwer verkochten aan Cornelis Jacobsz zeker huis
voor f 79
-
ORA-184-3176; 25-05-1703: Akte van bewijs. Maghteltje Hendricks weduwe van wijlen Jacob Gerritsz Snijder ter eenre & Adriaen de Man, Pieter Gerritsz (Snijder) en Cornelis Willemsz (Evertsz) als voogden over het nagelaten kind genaamt Gerrit
Jacobs ter andere sijde; zijn overeengekomen: f 2.000 en diverse stukken land
-
ORA-184-3176; 24-10-1711: Vermits Cornelis Willemsz Evertsz is comen te overlijden die nevens Pieter Gerritsz Snijder vooght was over het nagelaten kint van Jacob Gerritsz Snijder verweckt bij Maghteltje Hendricks, soo wert gestelt Jan Jansz
Jonge
-
ORA-184-3177; 08-09-1713: Hendrick Willemsz Boom, Jacob Tijmensz, Leendert Vergoes, Jan Claesz en Willem Tijmensz bij de doopsgesinde gemeente deses dorps aengestelde diaconen der selver gemeente in die qualiteit eijscher CONTRA Pieter Gerritsz
Snijder gedaagde
-
Kroniek L.R. Lustigh-176-1527; Folio-016; 24-09-1713: het geene onsen goeden vrient en vriendin pieter gerritsz Snijder en sijn Huijs vrouw marritje Lubberts beijde wonagtigh alhier tot Huijsen in goijlant op den 24 septemb deses Jaars 1713
sijnde amsterdamse kermis op een schemeravont en wel op die tijt doen onse koeijen op laremaat geschaart waren, is wedervaren namentlijck hoe die twee voornoemde eerlijke en vroeme Lieden, soo als sij te samen uijt den ackeren van melcken
quamen enz.
-
ORA-184-3216A017; 04-05-1714: Huwelijckscontract tusschen Gerrit Jacobsz jonghman toecomende bruijdegom geassisteert met Maghteltje Hendricks weduwe van Jacob Gerritsz Snijder sijn moeder mitsgaders Pieter Gerristz Snijder en Lambert Killewigh
schout, sijn vooghden ter eenre, en Jannetje Jans Jonge doghter toecomende bruijd geassisteert met haer vader Jan Jansz Jonge regerende buijrmeester alhier ter andere sijde. Inbreng bruijdegom: stukken land, f 2.000 en een obligate van f 150
t.l.v. Gerbert Willemsz; de bruijd brengt in: een huijs, stukken land, een lijfrente brief van f 500, twee obligaties van elk f 500 t.l.v. 't gemene land en f 1.300
-
ORA-184-3177; 01-10-1716: Tot voogd over het nagelaten kind van Hendrick Evertsz Ruijn werden in plaats van Leendert Vergoes die overleden is gestelt Pieter Gerritsz Snijder boven en behalve de laast aangestelde voogden namentlijck Jacob
Tijmensz en Jacob Cornelisz Metselaer; MENNISTEN
-
Amsterdam-1120-942; 26-11-1716: Pieter Gerritsz, Brief Mennisten
-
ORA-184-3216A054; 03-11-1719: Pieter Gerritsz Snijder weduwenaer van Marritje Lubberts ter eenre ende Jan Pietersz, Jacob Pietersz, Lambert Pietersz haer sterck makende voor Jan Pietersz en Lubbert Pietersz alle kinderen en erfgenamen van haer
voorn. moeder Marritje Lubberts; verdeling huis en boedel
-
ONA-3730A068; 14-11-1719: Huw.v.w. tussen Pieter Gerritsz Snijder en Lijsbet Jans beijde woonagtig binnen Huijzen. Aaltje Fransen dochter van zijn voorn Bruijd in huwelijk verwekt bij Frans Jansz. Gepasseert binnen Naarden ter presentie van
Huijbert Meeuwisz en Teunis Gijsbertsz
-
Huizen-DTB-20-Begraven; 11-04-1737: Lijsebet de Naijster Wed: v. Pieter Sneijer, Lm:
-
Huizen-DTB-13-Impost op Begravn: 15-04-1737; Lijsbet Jans; Pro Deo,
tr. (2)
met Lijsbet Jans .,
relatie (1).
- Moeder:
Marritje Lubberts ,
RAH-176-1527; Kroniek Lustigh; blz. 16: 24-09-1713 op kermis,
184-3216A054; 03-11-1719,
ovl. op 14-05-1719 te Huisen; DTB-20,
begr. op 14-05-1719 te Huijsen; DTB-12-Begraven-Impost: Pro Deo,
, -
ORA-184-3216A054; 03-11-1719: Pieter Gerritsz Snijder weduwenaer van Marritje Lubberts ter eenre ende Jan Pietersz, Jacob Pietersz, Lambert Pietersz haer sterck makende voor Jan Pietersz en Lubbert Pietersz alle kinderen en erfgenamen van haer
voorn. moeder Marritje Lubberts; verdeling huis en boedel.
>